De Nederlandse kunststoffen- en kunststofindustrie kan een grote bijdrage leveren aan de CO2-reductie. Een agenda met 22 actiepunten moet de noodzakelijke vergroening van de sector in een stroomversnelling brengen. Niet alleen een snellere reductie van CO2 uitstoot, maar ook nieuwe werkgelegenheid staat nadrukkelijk op het programma. Naast de grote chemiebedrijven, het mkb, kennisinstellingen en overheden slaan ook de regionale ontwikkelingsmaatschappijen de handen ineen om van het initiatief een succes te maken.
De actieagenda ‘Groene chemie, nieuwe economie’ draait om opschaling van innovaties binnen vier vergroeningsrichtingen:
- Biomassa als grondstof voor de chemie;
- Afval als grondstof voor de chemie;
- CO2 als ‘ontluikende’ grondstof voor de chemie;
- Nieuwe, innovatieve, op groene elektriciteit gebaseerde processen.
Negen representatieve innovaties
Leidraad voor de agenda zijn negen veelbelovende innovaties die ruim baan moeten krijgen om zich verder te bewijzen. Ze staan model voor nieuwe toepassingen die in potentie in 2025 al concreet kunnen bijdragen aan CO2-emissiereductie. Om er een paar te noemen: productie van kunststof op basis van biogrondstof zoals suikerbieten, vergassing van plastic afval tot basismoleculen voor nieuw plastic, het omzetten van rest-CO2 in hoogwaardige carbonaten en het maken van groene waterstof met plasmatechnologie.
Aan de slag met 22 acties
De opschalingsstappen van de negen innovaties zijn inmiddels in kaart gebracht . Het gaat om 22 acties in aanvullende oplossingsrichtingen. De samenwerkende ROM's richten zich in de coalitie vooral op het stimuleren van samenwerking en het ontwikkelen van financieringsconstructies voor nieuwe initiatieven.